Museumkaart

De Museumkaart draagt bij aan de collectieve promotie van de museumsector en helpt musea toegankelijk maken voor een zo breed mogelijk publiek.

Ga onbeperkt

Met de Museumkaart hebben deelnemers voor een vast bedrag een jaar lang onbeperkt toegang tot ruim 500 musea. De exploitatie van de Museumkaart is ondergebracht in Stichting Museumkaart, een ongesubsidieerde instelling zonder winstoogmerk en onderdeel van de Museumvereniging.

Duurzame relatie

Met de Museumkaart is de museumsector in staat een duurzame relatie aan te gaan met het Nederlandse publiek. Hoe? Door op inspirerende wijze te communiceren met museumliefhebbers van alle leeftijden, het rijke aanbod van de museumsector een podium te geven en de drempel naar museumbezoek te verlagen voor een breed publiek.

Kaarthouders

Het aantal Museumkaarthouders groeide de afgelopen jaren sterk: van 1 miljoen kaarthouders in 2013 naar 1,5 miljoen in 2023. De relatie met deze groeiende groep betrokken deelnemers stelt de Museumkaart in staat een waardevolle bijdrage te leveren aan de promotie en het verdienvermogen van de museumsector.

Verdienvermogen musea

De Museumkaart is goed voor zo’n 10% van de eigen inkomsten van de museumsector in Nederland. In 2022 hebben de musea circa € 54 miljoen ontvangen voor bezoeken met de Museumkaart. Daarmee draagt de kaart substantieel bij aan het verdienvermogen van musea. Het principe achter de Museumkaart is eenvoudig. Het bedrag dat kaarthouders voor de Museumkaart betalen gaat in een grote geldpot. Dat geld wordt jaarlijks verdeeld onder de deelnemende musea, op basis van de toegangsprijs en het aantal bezoeken met de Museumkaart per museum. Zo komen alle inkomsten ten goede aan de deelnemende musea! 

De Museumkaart accepteren

Musea die de Museumkaart willen gaan accepteren, kunnen dat alleen als zij ook lid zijn van de Museumvereniging. De bezoekvergoeding is ten minste 55% van de gemiddelde toegangsprijs. Op deze manier bouwen Museumkaarthouders, de musea en de vereniging samen aan het versterken van het grote publieke belang van musea.